Een Nieuw-Zeelander

Flight Lieutenant John Davis (Jack) Lunn groeide op in Alexandra in Nieuw-Zeeland als oudste van een gezin met zes kinderen. Binnen het gezin was veel respect voor hem, de andere kinderen in het gezin keken erg tegen hem op. Hij volgde een opleiding op de High Street School in Dunedin en op de Alexandra District High School. Na zijn scholing ging hij in 1937 werken bij de National Bank of New Zealand. Jack was een actieve jongen met veel hobby’s. Zo was hij een actief lid van de lokale zwemclub en voetbalclub, was assistent Scout Master bij de lokale scouting. En had hij veel interesse en succes tijdens wedstrijden bij de schietclub. In 1941 nam hij vrijwillig dienst bij de Royal New Zealand Air Force (RNZAF).Na een basistraining in Nieuw-Zeeland wordt hij overgeplaatst naar Canada waar hij verder wordt klaargestoomd als gevechtspiloot. Uiteindelijk komt Jack bij het 257 Squadron RAF terecht wat met de Typhoon 1b is uitgerust, een jachtvliegtuig uitermate geschikt voor aanvallen op gronddoelen met bommen en raketten.

Naar Frankrijk

Na de landing in Normandie op 6 Juni en de opmars van de Geallieerden door Noord-Frankrijk en Belgie word het squadron in september 1944 overgeplaatst naar Lille en vervolgens op 2 oktober 1944 naar vliegveld Deurne bij Antwerpen wat kort daarvoor nog werd gebruikt door de Luftwaffe. In totaal worden 9 RAF squadrons op dit vliegveld geplaatst waarvandaan vele vluchten boven bezet Nederland werden uitgevoerd. Jack Lunn is geliefd onder zijn squadron collega’s, hij kan goed tekenen en maakt karikaturen van zijn collegas op de muren van de bar genaamd de “ Burma Inn “ die op 24 oktober werd geopend door de commandant van de 146 wing waaronder het 257 squadron valt. Enkele uren daarvoor wordt het vliegveld geraakt door een V-2 waarbij 7 mensen omkomen en 12 gewond raken.

De missie op 24-01-1945

Jack Lunn voert meerdere missies uit boven vijandelijk gebied en ook op 24 januari 1944 maakt hij zich klaar voor weer een missie. Hij hoeft dan nog maar twee maanden voor hij afzwaait en terug naar Nieuw-Zeeland zal keren. Het zal anders lopen. Om 15:00 uur stijgen Jack Lunn en 7 anderen op in hun Typhoons,het doel is de spoorbrug bij Heerjansdam net ten zuiden van Rotterdam. Ieder vliegtuig is geladen met 2x 1000 ponder bommen. Boven het doel aangekomen blijkt het zicht zeer slecht te zijn, de squadronleader duikt onder het wolkendek om de situatie te beoordelen maar besluit om dit doel niet aan te vallen. In plaats daarvan splitst men zich op in twee secties, rood en blauw en valt iedere sectie een ander doel aan. Sectie rood met Jack Lunn vallen twee spoorwegbruggen bij Woerden aan en sectie blauw een viaduct bij Odijk. Na verschillende treffers verlaat men het aanvalsgebied en hergroeperen beide secties zich ten zuiden van Utrecht waarna koers wordt gezet naar Deurne. Als de Typhoons boven Heukelum vliegen ontploft ineens de Typhoon van Jack Lunn, Flight Officer Horner die naast Jack Lunn vliegt ziet hoe het toestel omringd door vlammen in stukken naar beneden stort. Waarschijnlijk werd hij geraakt door Duits luchtafweergeschut wat bij radarstation "Gorilla" bij Schoonrewoerd stond opgesteld

Op de grond worden deze dramatische gebeurtenissen ook gezien door een aantal Heukelumse jongens die met hun slee op pad waren waaronder ook Jan Golverdingen. „ We hoorden het geluid van vliegtuigen wat niet bijzonder was aangezien we dat bijna dagelijks hoorden.Ineens hoorden we een grote knal en een vuurbal in de lucht, delen van een vliegtuig kwamen neer aan beide kanten van de dijk." Het vliegtuig van Lunn valt in stukken naar beneden, de staart en de vleugels rechts van de dijk en de voorkant valt links in een rietput. „ Munitie en onderdelen liggen overal verspreid en ineens vind ik een stuk schedel met haar eraan." Jack Lunn moet op slag dood zijn geweest toen zijn vliegtuig ontplofte.

Enige tijd later gaan een aantal jongens kijken bij de plek waar het voorste gedeelte neerkwam, er was alleen een met water gevulde krater te zien. Toen er met een polsstok in het water werd geroerd kwam het lichaam van Jack Lunn bovendrijven. Zijn lichaam werd geborgen en met een bakfiets naar Vuren vervoerd waar hij op de Oude begraafplaats is begraven, slechte enkele maanden voor hij zou afzwaaien en terug zou gaan naar Nieuw-Zeeland.